Mieke Dobbelaere stond plots alleen voor medische lijdensweg: “Na mijn hersenbloeding kreeg ik de ene na de andere klap te verwerken”
Europa. Ver van ons bed? Niet voor Mieke Dobbelaere (66). Ze woont in een kamer in woonzorgcentrum Heilig Hart. Dankzij het Europees project Empowercare kan ze langer zelfstandig wonen. Haar verhaal.

EMPOWERCARE is een sociaal en technologisch innovatieproject in het leven geroepen door Europa. Met dat project wil men ouderen financiële steun bieden om hen minder kwetsbaar te maken. Zo staan ze sterker in hun schoenen om zich in de maatschappij te integreren. Zorggroep Heilig Hart Kortrijk is een van de instellingen die meewerkt aan het Europese project om in te zetten op de noden van ouderen. Hun doel: ze zo lang mogelijk laten zelfstandig wonen.
"Ik kreeg een hersenbloeding op mijn veertigste. Totaal onverwacht, maar ook weer niet. Ik voelde me al weken niet goed in mijn vel, maar de dokter zei altijd "stress is de oorzaak" of "het zit tussen je oren". De ochtend nadat hij me had onderzocht, kon ik mijn bed niet meer uit. Zelfs praten lukte niet. De ambulance bracht me naar spoed en na onderzoek bleek dat ik die nacht een hersenbloeding had gekregen. Ik moest lang revalideren om opnieuw te leren stappen en praten. De hersenbloeding bepaalt sindsdien de rest van mijn leven. Ik ga nu nog tweemaal per jaar op controle voor hersenscans en drie keer per week naar de kinesitherapeut.
De hersenbloeding was dan nog maar het begin. "U heeft een soort groeiende gel in uw maag", zeiden de dokters. Dat kon fataal zijn als ze me niet op tijd opereerden. Ik ben tijdens mijn revalidatie ook een paar keer gevallen. Die 'tuimelpertes' leverden me nog wat extra operaties op. Ik zit vol van de stalen spaken. In mijn polsen, schenen, enkels... Nu ben ik afhankelijk van een zuurstofpomp om de nacht te overleven.
Mijn tweede man, Hendrik, verzorgde me jarenlang. Het was een fantastische man die alles voor me deed. Hij zorgde altijd voor me, ondanks alle medische problemen. Hij is overleden, ik vond hem 's morgens roerloos in bed. Toen wist ik dat ik het niet meer alleen zou kunnen. Ik ben blij dat serviceflats bestaan. Ik ben veel te jong nog voor een rusthuis. Hier kan ik nog mijn eigen leven leiden en mijn plan trekken, met wat hulp hier en daar. Ik kook nog zelf in het weekend. Chili con carne en hutsepot, maak ik graag. In de week kan ik hier dan in het dienstencentrum eten. Vandaag was het compote van appelmoes en abrikozenmoes met aardappelen en vlees. Het heeft gesmaakt. (glimlacht) Deze ochtend ging ik ook mee naar de markt, met de begeleiding. Het is goed dat zoiets kan, dat er dingen worden georganiseerd. Het geeft een beetje adem. Je ziet eens andere mensen. Ik ben mijn nicht tegengekomen. Dat doet deugd ook al voel ik me soms eenzaam. Mijn zonen vinden de tijd niet om eens een bezoekje te brengen en Hendrik mis ik nog elke dag.
Toch probeer ik positief te blijven. Ik schilder graag, dat wordt georganiseerd door het dagcentrum. Het is een passie die ik hier vier jaar geleden heb ontdekt. Ik schilder samen met bewoners of geniet van een babbeltje en een tasje koffie. Ik stuur foto's op online om die dan te verven met de juiste kleuren via een cijfercode. Zo maak ik schilderijen voor kleinkinderen, vriendinnen of verpleegsters om ze te bedanken voor al hun goede zorgen
Vijfendertig jaar lang heb ik gewerkt als familiehulp. Nu krijg ik zelf zorg omdat ik het niet meer alleen kan. Ik had me mijn oude dag anders voorgesteld. Ik heb kopzorgen die ik liever niet had gehad. Met mijn pensioentje kom ik niet toe. Mijn passie voor schilderen bekostig ik zelf. Ik heb ook zelf een scooter gekocht waar ik me nog wat mee kan verplaatsen. Ik probeer zo goed en zo kwaad mogelijk mijn plan te trekken. Hier, in mijn wereld die klein is. Moeilijk is. Maar gelukkig nog zelfstandig.